Wat zit er toch onder dat gedrag?

Hij startte de dag met hoofdpijn. Ook was de vermoeidheid af te lezen van zijn gezicht. Kortom hij zat niet lekker in zijn vel. Na de hele ochtend wat op de bank gehangen te hebben, merkte ik rond de middag een verandering in zijn gedrag. We zaten aan tafel tijdens de lunch. Hij begon harder te praten, was steeds meer aanwezig, praatte of gilde overal door heen en was snel boos en op zijn teentjes getrapt.

Poeh een behoorlijk lastig gedrag als je even rustig en gezellig wil lunchen. Dus ik stelde deze verwachting even bij. Boos op hem reageren zou olie op het vuur gooien zijn, dus zei ik hem: ‘Goh, ik merk iets aan jouw gedrag. Ik zag hem denken om vervolgens een beetje bozig te reageren. ‘Heeft het ergens mee te maken?” vroeg ik hem. In eerste instantie gaf hij aan dat hij dit niet wist. Ik liet het heel even.

En niet veel later kwam het er dan toch uit. Nu was het zo dat manlief voor zijn werk, voor een nacht, diezelfde middag naar het buitenland zou vertrekken.

Hij vond het moeilijk dat papa weg zou gaan. Direct kwamen er ook tranen.

‘Maar papa is morgen weer terug’ was mijn allereerste automatische reactie. Ik realiseerde me direct dat dit gebeurde en stelde het bij. Belangrijk in deze situatie is om de emotie te erkennen. Met deze opmerking gaf ik totaal geen ruimte voor deze emotie. Daarmee heeft het gebeuren een ander gevoel voor mij, dan dat het voor hem heeft. Ook dat is oké. Het gevoel en de emotie mogen er zijn.

Dus toonde ik begrip en erkende zijn gevoel. Hij is verdrietig omdat papa zo meteen vertrekt en hij hem gaat missen. Hij had graag met papa mee gegaan en is teleurgesteld dat dit niet kan. Ik gaf hem de ruimte om zich te voelen hoe hij zich voelde op dat moment.

Zijn harde praten en boosheid verdween en ik zag dat mooie gevoelige manneke. Dat op dat moment gewoon even verdrietig en teleurgesteld was. De tranen moesten er gewoon even uit en helpen hem op dat moment om los te laten. Als ouders vinden we het vaak lastig als ons kind(eren) het lastig heeft, maar ook dit hoort erbij.

Kinderen hebben een handje hulp nodig bij emotieregulatie. Dit begint met het herkennen van emoties, d het erkennen van emoties en tenslotte het uiten van emoties. Wij kunnen ze helpen door de emoties te benoemen, erkennen en er de ruimte voor te geven, maar ook door liefdevol bepaald gedrag te begrenzen, want een kind mag leren dat er wel grenzen zijn. Bijvoorbeeld niet gooien met spullen of iemand pijn doen als je je boos voelt. Uiteindelijk voelt het kind zich zelf hier ook niet fijn bij als dat gebeurt is.

Emoties hebben een belangrijke functie. Het uiten is belangrijk. Dit geeft o.a. zelfvertrouwen.

Deze situatie geeft zo mooi weer dat er zit altijd iets onder het gedrag zit dat je ziet.

In deze situatie ging het om 1 van mijn zoons. Een hooggevoelig manneke met een sterke wil.

Mogelijk heeft deze emotie de hele ochtend al zitten wringen. Hier kunnen ook lichamelijke klachten door ontstaan. Door uiteindelijk de emotie er te laten zijn, de tranen te laten vloeien, kwam er letterlijk weer rust.

Deel dit bericht